Jean-Paul Sartre (1905-1980) wil met deze gedurfde proeve van "existentiële psychoanalyse" doordringen tot in de kern van de vermaarde poète maudit. Dit essay reikt verder dan de betovering van Baudelairés verzen - en ook verder dan het "poëtisch fenomeen" dat de gekwelde dichter van "Les fleurs du mal" in veler ogen is. Sartre poogt immers vooral de mens Baudelaire te leren kennen. Hier blijkt dat uit alles wat Baudelaire schreef en uit alles wat we over hem weten een betekenis valt te destilleren: de keuze van iemand om te zijn zoals hij is, en niet anders.
In zijn studie uit 1946 over Baudelaire werkt Sartre op ingenieuze wijze de grondgedachte uit dat deze 19e-eeuwse dichter het ellendige leven dat hij leidde over zichzelf heeft afgeroepen. Na het tweede huwelijk van zijn moeder voelde hij zich afgewezen en ontdekte vol schaamte een diepe verlatenheid. De Sartriaanse stelling is nu dat Baudelaire dit isolement niet passief heeft willen ondergaan, maar er zich juist met razernij op stortte en voortaan een leven wilde leiden zoals de buitenwereld hem zag, als een onverantwoordelijk individu dat men onder curatele moest stellen. Het essay is een briljante proeve van existentiële psychoanalyse en vormt een zeer leesbare toelichting op Baudelaire en zijn werk, maar eventueel ook op Sartre zelf. Deze goed vertaalde uitgave is een tweede druk (de eerste verscheen in 1966); voor de citaten uit 'Les Fleurs du Mal' werd gebruik gemaakt van een recente vertaling van Peter Verstegen.
- Biblion recensie, Mathieu Kockelkoren
Je hebt een zakelijk account nodig om dit product te kunnen bestellen. Je bent nu ingelogd met het e-mailadres: .
Wil je dit e-mailadres gebruiken voor je zakelijk account?
Ander e-mailadres gebruiken voor zakelijk account Huidig e-mailadres gebruiken voor zakelijk account