Met Het Groot Coachboek krijgt het coachtraject een geheel nieuwe dimensie en wordt het al net zo divers als de leerstijlen en leervragen die je als ondernemer, docent of coach kunt tegenkomen. De auteurs reiken daartoe zestig pakkende werkvormen en zestig verhelderende opdrachten aan, die de coachpraktijk van zowel de onervaren als de ervaren coach naar een hoger plan zullen tillen.
De werkvormen en opdrachten worden bovendien gekoppeld aan het unieke 6V-model. Dit model beschrijft de zes fasen van ontwikkeling waaruit elk coachtraject hoort te bestaan:
De werkvormen en opdrachten zijn geordend naar de doelstellingen die je met de coaching kunt nastreven, zoals:
Naast deze werkvormen vind je in dit boek ook veel tips, bijvoorbeeld voor het voeren van een intakegesprek en het ontwerpen van een coachtraject. Het Groot Coachboek is een praktisch boek om direct mee aan de slag te gaan.
Het Groot Coachboek is bedoeld voor iedereen die coacht of een coachende rol wil spelen: professionele coaches, maar bijvoorbeeld ook leidinggevenden en docenten.
Leeswijzer
Deel 1: Kader voor coaching
1. Coaching: wat is het en waarom?
2. Basisprincipes voor coaching
3. Het leerproces van de gecoachte
4. Rol van de coach
5. Vaardigheden van de coach
Deel 2: Handreikingen voor de praktijk
6. Het coachgesprek
7. Werkvormen en coachopdrachten voor:
A: Beeld functioneren en gedrag
B: Omgaan met en leren van verleden
C: Introspectie
D: Zelfvertrouwen en stevigheid
E: Communicatie
F: Omgaan met emotie
G: Vakkundigheid
H: Samenwerken
I: Profileren en zichtbaarheid
J: Energie, balans en werkplezier
K: Organiseren en prioriteren van het werk
L: Toekomst en loopbaan
8. Intakegesprek van het coachtraject
9. Ontwerp van het coachtraject
10. Dilemma’s in het coachmoment
Literatuur
Register
Tekst: Joep Schrijvers
Ze hebben hun eigen bedrijf. Al meer dan vijftien jaar. Een bedrijf dat zich richt op cultuurverandering, leiderschap en coaching. Een écht bedrijf. Met vijftien medewerkers in vaste dienst. Waar vind je dat nog? Ze zijn niet alleen werkgever en ondernemer, maar ook coach en professional. Hun nieuwsgierigheid is nooit ver weg. Met gretigheid onderzoeken zij hun eigen praktijk. Schrijven doen zij ook samen en bij voorkeur in een bruidssuite of een appartement, maar wel met gezonde sapjes! Dit keer bij een wit boekenplankje de auteurs Angela Talen en Sasja Dirkse-Hulscher.
Het ochtendlijke Leiden is nog stil als ik het centrum doorkruis naar het kantoor van Angela en Sasja. Het ligt aan de oude verdedigingsgracht. Op een plaatje zag ik het gebouw: een oude villa. Wat hebben al die adviseurs en coaches toch met nostalgische gebouwen? Zijn beton, glas en staal te koud voor de diepere psyche? Verrassing: binnen is het interieur modern: wit met een enkel wand in azuur of in taupe. Zelfs een werkruimte met nerdy kunstgras.
Dat is onze R&D
In de ruimte waar we praten is geen boekenkast maar wel een enkel wit boekenplankje. Daarop staan twee witte vazen en vijf boeken: hun eigen boeken. Ik maak een beginnetje.
Hoeveel boeken hebben jullie eigenlijk?
Angela en Sasja tegelijk: ‘Veel, honderden en ook nog digitaal, maar dat zijn er minder.’
Sasja: ‘Bij ons is altijd een doorloop van boeken. Het is niet zo dat we een soort archief hebben of een bibliotheek. We zijn namelijk ook heel erg van het opruimen. Er zit een continue beweging en vernieuwing in die boeken.’
Angela: ‘We lezen vooral voor zaken waar we mee bezig zijn. Om een voorbeeld te geven: er was eens een leidinggevende die na een coachingstraject was teruggevallen in oud gedrag. Dat is niet fijn en dan ga je twijfelen. Dat leidde ertoe dat we – ze wijst naar Sasja – dat we dat goed wilden onderzoeken: wat is er gebeurd? En belangrijker, wat kunnen we doen om dit te voorkomen? Op dat moment verzamel je boeken, ga je met je klant, met anderen spreken. Dat brengt je weer op andere boeken en artikelen. Dat is een fase waarin je extreem veel leest. Wij brengen vervolgens wat wij lezen in de praktijk. Dat is onze R&D.’
Hoe lezen jullie exact?
Sasja: ‘Sommige boeken moet je echt zin voor zin lezen, zo waardevol als het allemaal is. Maar er zijn ook boeken, de doorsnee managementliteratuur, die lees ik – ze maakt met haar arm een diagonaal gebaar – van linksboven naar rechtsonder. Ik word vooral geïnteresseerd wanneer er onderzoek achter zit, dat het boek meer bevat dan alleen de tips en de tricks.’
Angela: ‘Wanneer je iets leest over waar je mee bezig bent, dan lees je veel nauwgezetter. Lezen wordt een mini-opleiding voor jezelf.’
Waar moet een goed coachingsboek aan voldoen?
Sasja: ‘Het moet een verdieping bevatten, handvaten geven voor de praktijk, en iets met je doen, omdat je als coach ook je eigen instrument bent.’
Angela: ‘Voor mij geldt ook dat de mooiste parels niet vanzelfsprekend in de directe vakboeken hoeven te liggen. Dus uitstapjes maken naar andere vakgebieden, de neurologie bijvoorbeeld, kan je verbluffende inzichten geven. Een goed boek zal ook altijd verrassen. Het bevestigt je niet alleen maar geeft je ook een nieuwe kijk.’
In de bruidsuite
Sasja en Angela hebben niet alleen een bedrijf met zo’n vijftien medewerkers, maar schrijven ook nog eens samen.
Hoe doen jullie dat, samen schrijven?
Sasja: ‘Wat wij schrijven – ze wijst naar het boekenplankje achter zich met hun hun vijf boeken – al onze boeken zijn de strik op een thema waar we heel lang mee bezig waren.’
Angela: ‘Het begint ermee dat we tegen elkaar zeggen, dat zou weleens een mooi boek kunnen zijn.’
Sasja: ‘Het komt ook voort uit vragen van collega’s. We merken dat we steeds hetzelfde aan het uitleggen zijn. Dan denken we: laten we het opschrijven.’
Angela: ‘De uitgever komt er op een gegeven moment bij. Dat is een cruciaal moment. Het is niet langer meer vrijblijvend. We plannen een aantal halve dagen op een andere locatie. Dan gaan we de outline maken: wat is de boodschap, wat wordt de inhoudsopgave en wie is de doelgroep? Vervolgens plannen we een schrijfweek in een hotel, sluiten ons op en schrijven het hele boek.’
Met veel drank?
Sasja grijnzend: ‘Nee, dat niet. Veel gezonde sapjes. We hebben er een groei in doorgemaakt. We begonnen in een caravan. Daarna schreven we ook in hotels of een appartement. Het mooiste was het Coach Boek dat we in Rotterdam hebben geschreven. We zaten toen in de bruidssuite.’
Angela begint te giechelen bij de herinnering.
‘We kwamen daar binnen en zijn er drie, vier dagen niet uit geweest behalve ’s avonds even voor het diner. Tot die receptioniste op een gegeven moment ons vroeg: wat zijn jullie eigenlijk aan het doen? Rotterdam is toch heel erg leuk.’
Angela: Ook na de schrijfweek ben je nog flink bezig: bijschaven, corrigeren en je verwijzingen in orde maken’.
Een modern traditioneel bedrijf
Je ziet en hoort dat Angela en Sasja op elkaar zijn ingespeeld en elkaar soepel aanvullen. Als de een spreekt, is de ander volledig geconcentreerd op wat de ander zegt. Wonderlijk hoe paden elkaar kunnen kruisen.
Hoe zijn jullie hier zo gekomen?
Angela: ‘Ik kom uit een onderwijsgezin. In Twente heb ik toegepaste onderwijskunde gestudeerd. Daarna ben ik gaan werken bij de brandweeracademie. Daar kwam ik in contact met Cora Smit van het bureau Kessels en Smit en zij vroeg me of ik niet bij hen wilde komen werken. Dat heb ik niet direct gedaan maar wel na een tijdje. Daar kwam ik Sasja tegen.’
Sasja: ‘Leren fascineerde me al van jongs af aan, ook al kom ik uit een ondernemersgezin. Ik heb PABO gedaan maar vond dat ik daar mijn energie en ambitie onvoldoende in kwijt kon. Toen ben ik onderwijskunde gaan doen en afgestudeerd in Leiden. Daar leerde ik Joseph Kessels kennen en die vroeg mij of ik bij hen wilde komen werken. Het gekke is dat Angela en ik in die tijd geen projecten samen deden. Onze samenwerking is ontstaan, toen we besloten om er weg te gaan. Dat was het moment dat we ons bureau begonnen.’
Zijn jullie Kessels en Smit 2.0?
Angela: ‘Ons bureau is een ander type organisatie dan van Kessels en Smit in die tijd. Dat bureau liep erg vooruit, had flexwerken toen niemand het er nog over had. Je stond als collega’s wel wat op afstand tot elkaar. Dat leidde bij ons tot de vraag: hoe willen we dat in ons eigen bureau? We hebben een kantoor en eten tussen de middag samen. We hebben bijvoorbeeld het belonen en prestaties zo ver mogelijk uit elkaar getrokken, geïnspireerd door het boek Punished by Rewards van Alfie Kohn. Het is erg belemmerend voor het functioneren van mensen als zij beloond worden voor prestaties. Wanneer je iets moet doen om een beloning te krijgen, ga je wat je moest doen minder aantrekkelijk vinden. Zo werkt dat in de hersenen. Dat is een heel interessant gegeven in een organisatie. Eigenlijk zijn we een traditionele organisatie met een nieuwe manier van managen’.
Sasja: ‘Maar ook heel anders dan de traditionele organisaties. Dat zit hem in de omgang, de vrijheid, de collegialiteit en de sfeer die er onderling is. Het leiderschap dat er niet is. We hebben er op een gegeven moment voor gekozen om iedereen een vast contract te geven, ook aan de mensen die niet altijd even goed presteerden. Ik vond dat een heel moedig besluit van ons en het is dan heel interessant om te zien wat erna gebeurt. Wat gebeurt als iemand ervaart dat een ander zegt: ik heb vertrouwen in jou. Dat leidde ertoe dat mensen zich ontwikkeld hebben op een manier die ik niet voor mogelijk heb gehouden.’
Angela: ‘Ik denk dat we traditioneler georganiseerd zijn dan veel mensen aan de buitenkant vermoeden. Tegen alle trends in dat alles maar flexibeler moet met zzp’ers, die in een pool zitten.’
Coaching: van schande naar eervol
Wie zolang meeloopt heeft altijd zicht op ontwikkellijnen, die langer zijn dan de hype en de waan van de dag.
Welke ontwikkelingen hebben jullie gezien in coachingsland?
Sasja: ‘Coaching is een vak geworden. Dus als je echt professioneel wilt coachen moet je alle facetten van het vak beheersen. Bij de ene persoon moet je wat provocatiever kunnen zijn en bij de andere meer ruimte kunnen geven. Wat we ook zien is dat organisaties veel meer hun eigen coaching willen organiseren en minder met externe coaches doen’.
Angela: ‘Tien, vijftien jaar geleden sprak je er niet over als je een coach had. Dan had je problemen. Coaching was slecht nieuws. Wat je daarna zag was dat het voorbehouden werd voor hoger management. Had je een coach dan was je juist iemand. Nu zie je ook steeds meer personeel uit de brede organisatie in de coaching verschijnen en individuen.’
Wat zijn de top drie coachingsvragen van cliënten?
Sasja: ‘We hebben er vier. Wat met stip op één staat, al jaren, is alles wat met stress, burn-out en energie te maken heeft. Dat wordt nog steeds meer. Op twee staan de loopbaanvragen. Die vragen komen zowel vanuit organisaties als vanuit individuen. Op drie staat nu leiderschap. Op vier staat teamcoaching: begeleiding op de samenwerking en de communicatie.’
Wat is het verschil tussen een coach en een charlatan?
Angela met een twinkeling in de ogen: ‘De prijs-kwaliteitverhouding natuurlijk.’
Hoe duurder hoe beter?
Angela: ‘Een goede coach stelt zichzelf volledig ten dienste van de ander, is in de kern bereid dit onbetaald te doen, om de ander verder te helpen. Ik denk dat een charlatan iemand is die daar niet primair mee bezig is …’
Sasja: ‘… maar met zichzelf of met zelfverrijking.’
Angela: ‘Een goede coach blijft in tegenstelling tot een charlatan altijd op zichzelf reflecteren. Om te kijken of er iets anders moet en hoe, en is daarop aanspreekbaar.’
Sasja knikt zeer bevestigend: ‘Daar kan ik weinig aan toevoegen.’
Hoeveel bewijs is er dat coaching werkt?
Sasja: ‘Er is wel wat bewijs in de eigen discipline, in onderzoek naar coaching. Veel bewijs ligt er in aanverwante disciplines zoals de psychologie, groepsdynamica en de onderwijskunde.’
Angela: ‘We zoeken ook bewijs in ons eigen werk. We verzamelen effectgegevens in de organisaties waar we coachingstrajecten doen. Bijvoorbeeld dat het ziekteverzuim is gedaald.’
Zijn al die methodes en technieken wel nodig? Draait alles niet gewoon om aandacht?
Sasja: ‘Nee, methoden en technieken zijn de basis. Vergelijk het maar met een docent die voor de klas staat. Het is niet voldoende dat hij uit het boek voorleest of alleen maar vragen stelt. Daar zit precies de expertise. Wat wij zeggen is dat coaching een minileertraject is dat je voor en met de ander ontwerpt. Technieken, die je als coach kunt aanreiken zijn dan wel degelijk heel belangrijk. En die kunnen van persoon tot persoon verschillen.’
Angela: ‘Methoden en technieken helpen je ook om uit je eigen valkuilen weg te blijven.’
Wat is jouw grootste valkuil?
Angela: ‘In een coachingsgesprek voor mezelf duidelijk te houden wat van de ander is en wat van mij. Een andere valkuil is dat ik vrij ambitieus ben. Als ik bij de ander zie wat er allemaal voor moois verscholen ligt en de ander heeft een lager ambitieniveau dan ik, dat ik daar ruimte voor heb.’
Sasja: ‘Ik vind mijn grootste valkuil, dat ik soms te lang wacht met een stevige confrontatie die soms iets in beweging kan zetten. Ik denk dat ik het voor iemand eerder spannender zou kunnen maken.’
Ik hoor weleens mensen praten over een diepe verstandhouding die ze met hun coach hebben. Ook omgekeerd komt het voor: coaches, die me vertellen dat ze iets hebben met hun cliënten. Ik besluit het Angela en Sasja voor te leggen.
Wat is toch die beroemde klik tussen coach en cliënt?
Angela: ‘Ja, ik geloof dat die wel bestaat. Net zoals je dat hebt in een vriendengroep. Maar is het wel zo belangrijk …’
Sasja met fellere stem: ‘… en wenselijk dat er een klik is?’
Angela met stelligheid: ‘Het is niet belángrijk en ook niet per se wénselijk. In feite moet je als coach met iedereen kunnen werken. Net zoals een docent die voor de klas staat ook met alle leerlingen moet kunnen omgaan. De coach die je voor jezelf uitkiest, is niet altijd de beste coach.’
Sasja rustiger: ‘Tegen cliënten zou ik willen zeggen, zoek eens een coach bij wie het juist niet of minder klikt. Want die gaat je uitdagen.’
Wanneer coach je iemand niet?
Sasja: ‘Wanneer de leidinggevende die een medewerker naar coaching stuurt, twijfelt of hij hem in dienst wil houden. Dan gebruikt hij de coach om zijn eigen mening bevestigd te krijgen. Dan ga ik niet coachen. Selectie en ontwikkeling gaan niet samen in de coaching.’
Angela: ‘Ik heb een keer meegemaakt dat iemand oprecht niet met zijn coachingsvraag aan de slag wilde. Het draaide en het ging maar door.’
Ze is even stil.
‘Er moet ergens wel een beginnetje zijn.’
Type lezer
Sasja: Gretig, nieuwsgierig en associatief
Angela: Ik vreet iets op
Type schrijvers
Angela: Gebaseerd op de praktijk
Sasja: Praktisch en reflectief
Lezen is voor mij …
Angela: Als eten voor mijn lichaam
Sasja: Als langs het strand lopen en heel diep ademen
Schrijven is voor mij …
Angela: Het afronden van een fase, de start van een nieuw ontwikkelproces
Sasja: Heerlijk, genieten
Beste boeken
Sasja:
Angela:
[Bron: Coachlink Magazine, november 2015, nr. 4]
Je hebt een zakelijk account nodig om dit product te kunnen bestellen. Je bent nu ingelogd met het e-mailadres: .
Wil je dit e-mailadres gebruiken voor je zakelijk account?
Ander e-mailadres gebruiken voor zakelijk account Huidig e-mailadres gebruiken voor zakelijk account