Het Nederlandse bedrijfsleven heeft tijdens de Duitse bezetting op grote schaal samengewerkt met de Duitsers. Sommige voorbeelden zijn zeer bekend, zoals de bunkerbouwers, maar het gold ook voor andere bedrijfstakken, zoals scheepsbouw, metaal, textiel, de banken en de effectenbeurs, bedrijven als Philips, Werkspoor en de Nederlandse Spoorwegen. Het bedrijfsleven wist zich daarbij gedekt door adviezen van de hoogste Nederlandse overheidsdienaren.
Na de bevrijding is de economische collaboratie voor een deel bestraft, maar dat gebeurde niet bepaald consequent. Veel bedrijven die intensief hebben samengewerkt bleven buiten schot, terwijl andere hard werden aangepakt. Daarbij speelde uiteraard een rol dat de economische wederopbouw van Nederland prioriteit had.
Noodzakelijk kwaad beschrijft in detail het hoe en waarom van de bestraffing, of het achterwege blijven daarvan, van veel grote en kleine bedrijven. Het boek geeft de achtergronden van de keuzes die de rechters maakten en van de rol die de politiek daarbij speelde. In de bestaande literatuur is dit onderwerp nog nauwelijks aan de orde gekomen.
Joggli Meihuizen heeft voor deze diepgaande en uitputtende studie gedurende vele jaren alle relevante archieven onderzocht en heeft tientallen hoofdrolspelers geïnterviewd. In het boek worden opsporing, vervolging, berechting en zuivering besproken aan de hand van een groot aantal concrete gevallen. Dit boek is daarmee niet alleen van belang voor historisch, maar ook voor juridisch geïnteresseerden.
Je hebt een zakelijk account nodig om dit product te kunnen bestellen. Je bent nu ingelogd met het e-mailadres: .
Wil je dit e-mailadres gebruiken voor je zakelijk account?
Ander e-mailadres gebruiken voor zakelijk account Huidig e-mailadres gebruiken voor zakelijk account